Nederlandse index
Homepage
English index

 

- 22 -

 

 

De smering.

§ 41

Smeerolie.

Voor het smeren van de tractor gebruike men alleen zuivere minerale kwaliteitsolie, terwijl, alvorens tot aanschaffing over te gaan, de vertegenwoordiger geraadpleegd moet worden.
Bij het vullen met olie en ook bij het smeren in het algemeen moet men er voor zorgen, dat dit uiterst zindelijk geschiedt. Zand en stof zijn vergif voor de machine, daarom onderzoekt men voor het vullen de sluiting van het reservoir van de tractor zorgvuldig en vult zoo mogelijk direct uit het origineele vat in het oliereservoir. Het zich in de vulopening van het smeeroliereservoir bevindende zeefje mag onder geen voorwaarde worden verwijderd. Dikke olie moet voor het ingieten door voorverwarming dun worden gemaakt.

§ 42

Smeeroliereservoir

Het smeeroliereservoir is door een schot W (afb. 21) in 2 helften gedeeld en wel: het reservoir F voor versche olie en het reservoir U voor circulatie-olie. Het smeerolie-reservoir F moet dagelijks worden gevuld na verwijdering van de sluiting 1 (afb. 1). De olie loopt dan eerst in het reservoir F (afb. 21) en nadat dit geheel vol is, over de scheidingswand W in het reservoir U als circulatieolie.

 

- 23 -

 

Deze olie mag men slechts tot ca. 2 cm beneden de rand van de scheidingswand vullen om een vermenging van de versche olie met deze circulatie-olie tijdens het loopen van de tractor te voorkomen.

De versche olie loopt door de leiding S1 naar het boscholieapparaat en dient voor het smeren van de krukas-hoofdlagers en het drijfstanglager.

 

 

Vorige pagina

Start van de handleiding

Venster sluiten

Volgende pagina