- 16 -

Bij gebruikmaking van lood of andere metalen kan men groote storing veroorzaken. De draad in de cylinderkop (zie afb. 6) en het kanaaltje, dat naar binnen leidt, moeten steeds vrij van verbrandingsresten zijn, waardoor de smeltprop haar werk blijft doen.

Smelt de prop wegens gebrek aan water, dan mag niet eerder water bijgevuld worden, voordat de motor geheel is afgekoeld. Zekerheidshalve pompt men, vóórdat de machine opnieuw in bedrijf wordt gesteld, opnieuw olie voor volgens par. 44.

§ 35

Maatregelen tegen bevriezingsgevaar.

Bij kans op vorst moet men na beëindiging van het werk het koelwater aftappen, om te voorkomen, dat de cylinderkop of koeler gaan scheuren, indien tenminste aan het koelwater geen anti-vriesmiddel is toegevoegd of de tractor niet in een vorstvrije ruimte is ondergebracht. Men opent het deksel van de vulopening 3 (afb. 1), verwijdert de klepschroef van de cylinderkop (zie pijl in afb. 16) en opent de aftapkraan aan de cylinder met de bij het gereedschap aanwezigen sleutel (afb. 17). Door het doorsteken van een ijzerdraadje overtuigt men zich, dat de kraan niet verstopt is en het koelwater geheel is weggevloeid. De kraan blijft evenwel geopend.

- 17 -