Nederlandse index
Homepage
English index

 

fig. 9-II      Pendelstrooier (Vicon)

Op de centrale as kan een roerder worden bevestigd. De zwaaibak wordt door de aftakas in beweging gebracht, fig. 11. De aandrijvende as is door een pen met de excentrisch draaiende ring gekoppeld. Deze excentrische ring geeft via een gaffel een heen en weer gaande beweging aan de zwaaibak. De pijp, waarin tegen aankoeken een rubber mof in is aangebracht, is het belangrijkste deel van de strooier. Men heeft voor een goede verdeling van kunstmest een lange pijp. Voor het met zout bestrooien van b.v. fietspaden kan men een korte pijp monteren. De pijp heeft aan het einde twee gleuven. Wanneer deze hoe gering ook maar zijn beschadigd dan is het zo dat aan de ene zijde meer wordt gestrooid dan aan de andere. Normaal is het strooibeeld symmetrisch.


afstelling en onderhoud

Daar de strooibreedte bij de te strooien meststof niet van te voren geheel vaststaat is het nodig deze te bepalen. Een bruikbare methode hiervoor is het plaatsen van een aantal opvangbakjes op gelijke afstand van het hart van de trekker, fig. 12. Indien men zo rijdt, dat het

Indien men zo rijdt, dat het middelste bakje onder de trekker door gaat dan moet bij een symmetrisch strooibeeld de hoeveelheid in de bakjes 4 en 7; 3 en 6 en in 2 en 5 steeds aan elkaar gelijk zijn. De hoeveelheden moeten naar bakje 1 geleidelijk iets toenemen. Zit er b.v. in 4 meer dan in 7 dan heeft de strooier scheef gestrooid. Men moet dan de plaats, waar de kunstmest op de strooischijf komt, verstellen. Is het strooibeeld nu symmetrisch dan rijdt men op een bepaalde afstand van bakje 7 weer terug en langs bakje 4 weer heen. Indien nu de mate van overlapping goed is geweest bevindt zich in alle bakjes ongeveer even veel kunstmest.
Dit is gemakkelijk te meten door de bakjes leeg te schenken in reageerbuizen o.i.d. Is het strooibeeld bij een pendelstrooier scheef, dan is het zaak de pijp op beschadigingen te controleren. Na het bepalen van de strooibreedte worden op het perceel bakens uitgezet. Men moet het aftakastoerental en de rijsnelheid tijdens het strooien constant houden. Hiervoor is het eigenlijk nodig, dat de trekker van een toerenteller-snelheids-meter is voorzien. Verder moeten de bevestigingsstangen van de driepuntsbevestiging zo zijn gesteld, dat de strooier in dwarsrichting horizontaal staat.

vorige pagina <<<       Inhoud       >>> volgende pagina