PERIODIEK ONDERHOUD

 

NA ELKE 10 UUR

Motor
Controleer het oliepeil, met peilstok aan de linkerzijde van de motor. Vul, zo nodig, olie bij (B fig. 1). Maak het oliebad van het luchtfilter schoon en vul het met schone motorolie tot het aangegeven peil, nooit hoger. Bij stoffig werk twee maal daags. Controleer luchtinlaatopening onder het instrumentenbord en maak voorreiniger zo nodig schoon.

Radiateur
Controleer waterpeil.

NIEUWE TRACTOR
Ververs de olie na eerste 30 werkuren.

 

ELKE 60 UUR

Motor
Smeer het waterpomplager met vet.

 

ELKE 120 UUR

Motor
Ververs de motorolie.
Controleer de spanning van de ventilateurriem.
Vernieuw het oliefilterelement.

Electrische installatie
Smeer het collectoreindlager.

NIEUWE TRACTOR
Vernieuw het oliefilterelement na de eerste 60 werkuren.

 

ELKE 240 WERKUREN

Brandstofsysteem
Verwijder het deksel van de brandstofvoedingspomp en maak het gaasfilter en bezinkselruimte schoon.

 

ELKE 480 WERKUREN

Vernieuw het brandstoffilter.
Verwijder de ontluchtingspijp en maak deze schoon.

 

ELKE 720 WERKUREN

Laat de verstuivers schoonmaken.

 

ELK JAAR

Tap de radiateur af en spoel deze flink door, maak hem schoon.

Inhoudsopgave

Naar pagina 8 en 9