Nederlandse index
Homepage
English index

 

de automatische bediening van de markeurs

Bij de trekkerzaaimachines worden thans vrij algemeen automatisch bediende markeurs toegepast. Die van Nordsten, hier als voorbeeld genomen, werkt als volgt, fig. 23: Op de trekstang zijn twee korte armen bevestigd, waaraan bij R een stootstang S is bevestigd. Aan elk van de stootstangen R is een schuinstaande strip H bevestigd, die door een gezamenlijke as G zijn verbonden. Aan de as G zit een stang L, waaraan de trekkabels van de markeurs zijn bevestigd. Verder is aan de stang L de dubbele klink D scharnierend bevestigd. Aan de klink zit een veer, die hem in de gewenste stand houdt. Wanneer bijvoorbeeld de rechtermarkeur wordt gebruikt staat L schuin naar rechts. Deze stand wordt als volgt bereikt. Indien de machine uit het werk is staat L rechtop en het rechtereinde van de klink is om H geslagen. Door de klink wordt het veertje F in deze stand gehouden. Bij het laten zakken van de machine draait de trekstang waardoor de stangen S met H naar beneden gaan. Hierbij wordt de klink meegenomen, die L naar rechts trekt, zodat de rechtermarkeur naar beneden en de linker naar boven gaat. Wordt nu de machine weer geheven, dan draait de trekstang in tegengestelde richting, de stangen S met H gaan omhoog en drukt de klink eveneens omhoog. Daar deze nog steeds om H geklemd zit wordt L in vertikale richting gedrukt. Zodra L praktisch vertikaal staat komt de klink los van H. Hij slaat door de veer om en klemt om de andere schuinstaande strip H. Is L in de vertikale stand dan wordt de veer door een inkeping van het kwadrant vastgehouden, fig. 24. Wanneer L nu naar rechts gaat wordt de veer meegenomen en komt hij in de rechtse inkeping terecht. Bij het automatisch omschakelen van de markeurs bij aanhangzaaimachines wordt een kapselautomaat toegepast. Soms is de dwarsstang in gleuven opgesloten waardoor deze bij het heffen en zakken omhoog en naar beneden gaat. Hierdoor wordt ook een beweging verkregen, die door een stangenstelsel in een draaiende kan worden omgezet.

markeurs

ledere markeur bestaat uit een in de lengte verstelbare arm en een daaraan bevestigde schijf. De schijf kan met het oog op verschillende bodemgesteldheid in verschillende standen t.o.v. de voortbewegingsrichting worden gesteld. De doorsnede moet minstens 40 cm zijn en is bij verschillende machines te klein. Het geheel moet zwaar zijn; dit is sterk en bevordert een goed zichtbare markering. De markeurs moeten zodanig zijn afgesteld, dat de afstand vanaf de laatste zaaiende pijp tot de markeurstreep gelijk is aan de afstand van het punt van de trekker dat boven de markeurstreep zal lopen tot de laatst zaaiende pijp plus één rijafstand, fig. 25.

afstelling

Alvorens de zaaimachine voor een bepaalde zaaiperiode wordt gebruikt verdient het in de eerste plaats aanbeve-

 

 

 

 

 

 

fig. 24-III      Detail markeuromschakeling (Nordsten)

vorige pagina <<<       Inhoud       >>> volgende pagina